Een kort overzicht van de hele route staat hier.
Etappe 1, zondag 2 augustus 2015, Dieren – Millingen aan de Rijn – Ottersum
De fietstocht gaat beginnen. Tegen 10 uur vertrek ik, ondanks dat ik vrij kritisch geweest ben over het gewicht van mijn bagage, was de fiets toch wel flink zwaar, al woog iedere tas niet veel, maar vele kleintjes maken een grote. Het wende snel. Ik ga Reitsma Route naar Rome oppakken even ten oosten van Nijmegen en deze proloog voert mij naar het noorden van Limburg. Om ten oosten van Nijmegen te komen vanuit Dieren zijn diverse varianten mogelijk, maar mijn favoriet is met het fiets- en voetveer bij Millingen aan de Rijn. Hiervoor volg ik een route vanaf Dieren naar Rheden en daar met het fietsveer over de IJssel. Vervolgens kun je dan langs de oostkant van Duiven richting Pannerden. Ik was niet de enige die wilde oversteken op deze schitterende zomerdag. Het “inschepen” nam de nodige tijd in beslag, daarna volgde een mooie oversteek met de nodige deining toen een groot schip passeerde, maar niemand sloeg overboord.
Aan de overkant ga ik eerst maar eens de maaltijd salade soldaat maken, deze was aardig koel gebleven in de fietstas. Margriet heeft gisteren een flesje water ingevroren en dat deed dienst als koelelement, dus was mijn ene fietstas tijdelijk een koeltas. Ondertussen werd het steeds drukker bij het veer, de rij mensen die van zuid naar noord moest en het oude Romeinse Rijk wilde verlaten, want hier liep vroeger de grens, liep flink op. Op gegeven moment werd er zelfs een tweede boot ingezet.
Na een lange pauze pak ik de fiets weer voor de volgende 40 km. Geleidelijk aan wordt het landschap minder vlak, maar de ergste klim bij Berg en Dal blijft mij bespaard. De route loopt veelal langs de Nederlands-Duitse grens, de ene keer fiets ik in Nederland en de volgende keer fiets ik een keer door Duitsland. Er is veel vals plat, maar op gegeven moment komt er een mooie afdaling, als je tenminste de goede kant op moet, en sta je beneden in Limburg. De afdaling was zo mooi dat ik beneden helemaal vergeet dat ik linksaf moet. Gelukkig kwam ik er snel achter en ben omgedraaid en reed ik pal op de grens tussen Nederland en Duitsland. Een eind verderop kom ik in Gennep en passeer ik het riviertje de Niers. Op naar de minicamping in Ottersum wat min of meer tegen Gennep aan ligt. Ik wordt er hartelijk ontvangen, de eigenaar vraagt mij gelijk of ik onderweg ben naar Rome, nee zo ver gaat de reis niet. Ik krijg een plaatsje naast een man en vrouw die een jaar of 10 ouder zijn dan ik en ook met de fiets onderweg zijn, en wel naar Rome gaan. Er staat een mooie picknick tafel bij de tent, dat is niet verkeerd.
Ik ben blij dat ik er gisteren achterkwam dat ik voldoende bagageruimte heb en nog de gasbrander en wat kookgerei mee kon nemen. Zo doende kon ik na aankomst gelijk even een Cup-a-Soup nemen om de zouten weer aan te vullen. En die kleine rol toiletpapier kon ook mee, want de eigenaar deelde mij nog mee dat er geen toiletpapier op de toiletten is. Je zult maar net midden in de nacht een grote boodschap moeten doen. ’s Avonds heb ik nog even een gedeelte van een boek gelezen, die je in de bibliotheek van de camping kon lenen. Morgen gaat het een warme dag worden met 32-34 graden, dus dat wordt op tijd vertrekken en veel drinken.
Etappe 2, maandag 3 augustus 2015, Ottersum – Venlo – Roermond – Melick
Vanmorgen vroeg om 8 uur vertrokken, omdat er voor vandaag flinke tropische temperaturen worden verwacht. In de bossen is het nog koel. Behalve de warmte is er nog een uitdaging: de tegenwind. Plan is om iets meer dan de geplande etappe te doen en alvast een beginnetje van morgen te pakken in verband met het minder mooie weer morgen. Dus we moeten vandaag Roermond passeren. De Maas zal ik vandaag diverse keren passeren, de eerste keer met het fiets- en voetveer bij Blitterswijck. Als ik het fietspad naar de aanleggelegenheid oprijdt zijn 2 Duitse jongens van een jaar of 20 bezig hun tent af te breken. Waarschijnlijk hebben ze gisterenavond de laatste boot gemist en hier maar illegaal gekampeerd op de oever van de Maas.
Het wordt een kwestie van veel drinken vandaag, want anders komt het niet goed. Als ik bij Arcen aan de Maas voor de tweede maal ben gepasseerd zie ik de eerste supermarkt. Stoppen en inkopen doen bij de Spar. Veel meenemen kan niet, dus de ice tea verdwijnt in de eerste lege bidon en de rest wordt opgedronken. De halve liter vruchtenyoghurt en de banaan vormen mijn twee ontbijt en die eet ik een paar honderd meter verderop op, op een bankje langs de Maas.
Venlo komt in zicht rond 12 uur, als ik de stad inrij gaat gelijk het luchtalarm af. Ik weet niet of er enig causaal verband bestaat met mijn binnenkomst en het luchtalarm, feit is wel dat Wilders en ik geen vrienden zijn. Hier herinner ik mij wel delen van de tocht die ik in 2001 met mijn oudste dochter Margré heb gefietst in 2001. We reden toen de Maasroute (LF3). In Venlo passeer ik de Maas via een brug langs de spoorlijn. Aan de overzijde jaagt de föhn over de Limburgse velden en ik schakel nog maar een tandje terug. Als dit zo doorgaat moet ik nog een keer vocht inslaan. Bij Kessel neem ik nog een keer de pont over de Maas. Nu neem ik ook afscheid van de rivier.
Als ik Roermond nader bel ik eerst maar even naar de camping in Melick ten oosten van Roermond of er nog plaats is, zo niet dan moet ik een van de campings voor Roermond pakken. De eigenaar vraagt of ik met een caravan kom, nee ik kom met de fiets, oh daar is altijd plaats voor. In Roermond aangekomen moet er weer proviand en drinken worden ingeslagen. Ik herken de AH waar ik in 2001 met Margré ook een tussenstop maakte. Nu ben ik alleen en moet ik mijn fiets met volle bepakking alleen achter laten. Ik neem de stuurtas met de belangrijke dingen mee naar binnen. Binnen is het heerlijk koel, jammer dat die rij bij de kassa nu zo kort is. Als ik terug kom staat alles er nog. Een deel wordt opgedronken en dan gaat het op voor de laatste kilometers naar Melick. Het plaatsnaambord Roermond blijkt er ook nog in het Limburgs op te staan als ik de stad uit rijdt, het heet Remunj. Rond 3 uur in de middag arriveer ik op de minicamping in Melick en heb ik er 92 km opzitten, een mooie score bij 33 graden Celsius. Het vele drinken heeft goed gewerkt en ik heb geen zere bovenbenen. Van de buurman mag ik de hamer lenen om de haringen goed vast te zetten, want vannacht kan er wel eens een onweersbui vallen. Ook op de camping blijf ik voldoende drinken, een soepje en veel water om het systeem weer goed door te spoelen.
’s Avonds komt er nog een fietser binnen, die al 5 weken op de fiets zit en vanaf Groningen naar de Loire in midden Frankrijk is gefietst. Leuk om even wat ervaringen uit te wisselen. In de avond maar even wat meteo gegevens analyseren, gelukkig is er wifi op de camping. Als ik morgen vroeg vertrek dan kan ik waarschijnlijk nog een deel van de etappe droog afleggen, met deze gedachte ga ik slapen.
Etappe 3, dinsdag 4 augustus 2015, Melick – Jülich – Echtz
Ik heb de wekker op 5 uur gezet dan kan ik de neerslagverwachting bekijken en besluiten wat te doen. Eigenlijk zijn er 3 opties. De eerste is hier een dag langer blijven, maar dan gaat de fietstocht niet verder dan Remagen. De tweede optie is vroeg vertrekken en nog een deel droog rijden. De derde en laatste optie is pas vertrekken als het weer droog is, maar dan kom ik waarschijnlijk pas laat binnen. En er moet toch zo’n 75 km gefietst worden. Het wordt optie 2. Voordat het eigenlijke koufront passeert zit een klein neerslaggebiedje dat meer noordwaarts dan oostwaarts verplaatst, dat komt mij goed uit, hierdoor ga ik nog een deel droog rijden.
Het is nog donker om 5 uur en ik ben blij dat ik mijn mobiele fietslamp met led verlichting heb meegenomen. De fietslamp doet nu dienst als zaklamp. Na twee overnachtingen in de tent raak ik al aardig geroutineerd. Aankleden, ontbijten, koffie maken, de tassen inpakken, de tent afbreken en alles op de fiets zetten. Natuurlijk niet vergeten de bidons met water te vullen. Even voor half zeven fiets ik de camping af, iedereen slaapt nog en ik moet zelf het hek openen. Eerst naar Sint Odiliënberg fietsen en daar de route weer oppakken. De temperatuur is een verademing vergeleken met gisteren en het is droog. In het westen is het wel meer bewolkt dan in het oosten. De maan is nog zichtbaar. Ongemerkt fiets ik Duitsland in, hier is iedereen nog in diepe Ruhe.
Al snel kom ik bij de rivier de Rur en deze wordt de rest van vandaag mij metgezel. Roermond is genoemd naar de rivier de Roer/Rur en deze mond hier uit in de Maas. Het Ruhrgebied in Duitsland is genoemd naar de rivier de Ruhr, dit is een andere dan de Rur, deze laatste komt helemaal nergens in het Ruhrgebied.
Na 15 km voel ik druppels, maar het mag geen naam hebben. In de tijd dat ik naar mijn werk in Arnhem fietste noemde ik dat droge regen, omdat je dan geen regenpak nodig had. Vanwege de langzame oostwaartse verplaatsing van dit regengebied stelt de neerslag weinig voor, ik fiets gewoon verder. Het is een mooie route langs de Rur, autovrij en vaak half verhard. In de Rur zitten diverse kleine kleine stuwen waar het water weer een stukje omlaag valt.
Na een kleine 40 km wordt de regen serieuzer en wordt het tijd om de regenhoezen over de fietstassen heen te trekken en een regencape aan te doen die ik even van Margriet heb geleend. De fietstocht leert mij tot nu toe dat je wel de grillen van de natuur moeten kunnen handelen, gisteren hitte en wind, vandaag de regen. In het plaatsje Linnich zie ik een Edeka supermarkt, tijd voor het tweede ontbijt. Ik sla yoghurt, fruit en drinken in. De yoghurt eet ik voor de deur op.
Het blijft een natte bedoeling die tweede helft. Ik ben allang blij dat mij schoenen niet vollopen met water. Waarschijnlijk vangen de lage fietstassen voor een hoop neerslag op, zodat mijn schoenen nagenoeg droog blijven. De laatste 10 km begint het met tussenpozen droog te worden. Net voor Düren moet ik naar de camping in Echtz, waar ik nu ook zicht krijg op de eerste heuvels van de Voreifel. Het is een camping bij een recreatieplas. Trekkers mogen hun tent pas opzetten als de badgasten zijn vertrokken. Met dit weer zullen ze wel wat flexibeler zijn gok ik. Om 12 uur rijd ik de camping al op en het recreatieveld is helemaal leeg. Ik mag gewoon mijn tent opzetten. Ook hier vraagt de eigenaresse mij weer of ik onderweg ben naar Rome. Halverwege de middag, als mijn tent al lang en breed staat en ik heb gedoucht, begint het harder te regenen en ook flink te waaien, nu trekt het echte koufront erdoor.
Voor mij is deze dag eigenlijk een rustdag, omdat ik om 12 uur al binnen ben. Ik heb ’s middags een uurtje liggen te slapen in de tent om dat van de korte nachtrust van afgelopen nacht goed te maken. Tegen het einde van de middag begint de zon weer te schijnen en knapt het weer snel op. Er arriveert nu nog een Nederlands gezin met een meisje van 7 jaar op een aanhangfiets. Ze zijn vertrokken per fiets in Brandenburg, onder Berlijn, en op weg naar Amsterdam.
Op de camping, die voornamelijk uit stacaravans bestaat, is ook een restaurant. Vanavond heb ik daar goed kunnen eten, voor een prijs die in Nederland al heel lang verleden tijd is. Daarna heb ik nog een tijdje aan het water gezeten met een mooie entourage vanwege de lage zonnestand. De atmosfeer is weer helemaal tot rust gekomen, de weerdip is achter de rug. Morgen wordt het weer een mooie zonnige dag. Aan de zuidelijke hemel is het ’s avonds al weer geheel onbewolkt, in het noordwesten drijven nog wat stapelwolken.
Etappe 4, woensdag 5 augustus 2015, Echtz – Düren – Remagen – Bad Breisig
Om 6 uur wordt ik gewekt door gebeier van kerkklokken, een mooi tijdstip om op te staan. De zon komt juist op. Er staat vandaag weer een stevige etappe op het programma. De afgelopen nacht is het flink afgekoeld in de nieuwe luchtsoort, de buitentent zit onder de dauw en gaat dus nat mee. Deze droogt wel weer op de volgende camping. Terwijl ik al mijn bagage bij elkaar hark laat ik mijn mobiel even in het toiletgebouw achter om op te laden. Ik hoop dat ze het gebouw wel goed schoon houden, want ik houd wel van schone stroom. Als alles gereed is voor de volgende etappe zeg ik mijn buren gedag die vandaag naar Roermond fietsen. De meneer die voor mij het hek opent vraagt waar de tocht naar toe gaat en weet mij te melden dat het de komende dagen schitterend weer wordt.
Ik rijd eerst naar Echtz en haal bij de plaatselijke bakker wat brood en drinken. De eerste paar kilometers zijn nog flink fris. In Düren pak ik de route weer op, waar ik hem gisteren heb verlaten. Nog een klein stukje langs de Rur en ook deze rivier is weer verleden tijd. Bij Niederau verlaat ik de Rur en ga ik de nodige kilometers maken over de Zülpicher Börde.
Als ik in een klein dorpje kom bij een bankgebouw om wat geld te pinnen, dan blijkt hier geen pinautomaat te zijn. Ik wist niet dat dat bestond, een bankgebouw zonder pinautomaat. Ergens anders is mijn weg opeens geblokkeerd vanwege de aanleg van een rondweg. Ik sta aarzelend in het rond te kijken hoe ik dit probleem ga oplossen. Een vriendelijke bewoner in het huis direct bij de blokkade wijst mij de weg en alles komt weer goed. Het weer is inmiddels voortreffelijk, klein minpuntje is de wind, maar de tegenwind is niet zo stevig als de Limburgse föhn van eergisteren. Per slot van rekening kun je ook niet alles voor de wind hebben, zeker niet op dit soort ondernemingen. Soms vraag ik mij af waarom ik dit doe, maar eigenlijk weet ik het antwoord niet. Alles weten maakt ook niet gelukkig. Vergeleken met de regen van gisteren is dit een topdag.
In Zülpich kom ik weer wat winkels tegen. Ik pin geld, haal weer wat drinken en trakteer mij op een puddingbroodje van de plaatselijke bakker. Door al het mooie weer begin ik wel een aardig buitenkleurtje te krijgen. Als alternatief voor een zonvakantie aan de Middellandse Zee kun je ook een paar dagen gaan fietsen, bedenk ik mij.
De kilometers rijgen zich aaneen en met al die warmte en zon begint mijn watervoorraad wel snel te slinken. Ik kan mij best voorstellen dat Hagar en Ismael in de woestijn flink in de rats hebben gezeten. Als de teller inmiddels op zo’n 65 km staat en ik alleen maar door dorpjes kom zonder winkels besluit ik maar om iemand aan te schieten die in de tuin zit om mijn watervoorraad aan te vullen. Niet veel later zit een jongeman van een jaar of 20 in de tuin. Ik vraag hem of hij mijn bidon kan vullen met water. Of ik anders mineraalwater wil hebben, vraagt hij. Nee, kraanwater is voldoende zeg ik bescheiden. Als hij even later terugkomt met de gevulde bidon vraagt hij weer vriendelijk of ik ook nog mineraalwater wil hebben. Ik bezwijk, nou, vooruit doe toch maar. De jongeman gaat weer naar binnen en trekt de koelkast open en komt met een fles van een liter met mineraalwater terug. “Bier gibt es erst heute abend” zegt hij nog lachend. Aardige vent met de nodige gevoel voor humor. Eigenlijk zijn de Duitsers van tegenwoordig een aardig volk, ook in het verkeer geven ze fietsers alle ruimte is mijn ervaring. Het gaat weer als een speer met de fles mineraalwater. Na zo’n 30 km is de fles leeg en kom ik tot de conclusie dat ik 1 op 30 loop, daar kan de automobielindustrie nog een voorbeeld aan nemen. Af en toe zie ik ook vreemde voorwerpen in het landschap en denk ik dat ik begin te hallucineren, maar het blijkt een sterrenkundig observatorium te zijn.
De omgeving is inmiddels aardig veranderd, de open vlakte heeft plaats gemaakt voor meer bossen en ook meer heuvels. Er zitten soms aardige klimmetjes bij vergeleken met thuis. Als je maar op tijd terugschakelt komt het goed, wat ben ik blij dat ik 3×9 versnellingen op de fiets heb en voldoende kan terugschakelen. De laatste kilometers naar Remagen komt er een flinke afdaling. Inmiddels heb ik de deelstaat Nordrhein-Westfalen verlaten en fiets nu in Rheinland-Pfalz. Ik moet zo’n 300 meter afdalen met volle bepakking door haarspeldbochten. Vergeleken met de Alpen is het allemaal niets, maar als je niet meer bent gewend dan de Posbank bij Arnhem dan is dit toch wel van een ander kaliber. Het is best wel spannend zo’n afdaling, je mag niet te veel vaart maken, want dan mis je een haarspeldbocht en de zwaartekracht kent geen vergeving. Het avontuur loopt goed af, dat moest ook wel, want ik had Margriet beloofd voorzichtig te zijn.
Als ik beneden bij de Rijn aankom mis ik even het fietspad aan de andere kant van de spoorbaan en bevindt ik mij tijdelijk op een erg drukke weg waar met de nodige snelheid gereden wordt. Ik voel mij hier niet helemaal op mijn gemak en vraag mij ook af of ik hier wel mag fietsen. Aangezien er niemand hysterisch begint te claxonneren denk ik dat het allemaal wel meevalt. Wat verderop is een mogelijkheid om over te steken en met een tunneltje on de spoorbaan door te komen naar het fietspad. Zo dat is weer opgelost.
Remagen komt in zicht en nu wordt het tijd om te beslissen waar ik ga overnachten. Het boekje heeft als opties 2 campings in Remagen of een camping in Bad Breisig. De campings in Remagen zijn mij te groot, ik kies voor de laatste in Bad Breisig. Dat wordt nog wel 10 km extra fietsen, maar die heb ik dan morgen weer cadeau. Ik gok erop dat er plek is, per slot van rekening kom ik zonder caravan. In Bad Breisig moet ik nog een klein klimmetje omhoog maken voordat ik op de camping kom, maar dat kan er ook nog wel bij. Als ik arriveer staat de teller op 105 km, een mooie stand voor vandaag.
Er is plek zat op het speciale trekkersveld. Als ik arriveer staat er al 1 tent en ’s avonds komen er nog een stuk of 6 bij. Er is een Nederlands stel en de anderen zijn Duitsers. Een aantal fietsen de Rhein Radtour, weer anderen zijn op weg naar Duisburg, Düsseldorf en Dortmund. Altijd weer leuk om bij aankomst wat mensen te spreken. Dit is trouwens een goede camping (www.camping-rheineck.de) want er zijn speciaal voor fietsers aparte stoeltjes om bij de tent te zetten Vanavond even weer goed eten, want morgen belooft nog warmer te worden dan afgelopen maandag, ik zie temperaturen voorbij komen van 34-35 graden.
Etappe 5, donderdag 6 augustus 2015, Bad Breisig – Koblenz – Oberwesel
De laatste dag, de dag van de intocht in Koblenz, ik ben alleen bang dat er geen mensen met bloemen langs de weg staan. Ik besluit maar om uit te slapen tot 7:15, omdat ik toch nog eerst eten moet kopen voor het ontbijt. Op een theezakje na is de hele proviand voorraad nu echt op. Ik heb alleen nog een beetje vitamine D(rop) in een zakje, maar dat lijkt mij niet een volwaardig ontbijt. Gisterenavond zijn er nog 4 Duitsers binnen gekomen op de fiets, 3 jongens en een meisje van een jaar of twintig. Twee jongens lagen in een klein tentje, het leek mij eerlijk gezegd meer een speelgoedtentje. De andere jongen lag met het meisje te slapen onder de open lucht in een slaapzak op een isolatiemat zo te zien. Ja, zo kan het ook.
Het gaat erg warm worden vandaag, maar de afgelopen nacht was ook fris, de tent zit stevig onder de dauw. Na het theedrinken heb ik de boel rustig ingepakt en mijn Nederlandse en Duitse buren gedag gezegd. Nu eerst op weg naar de supermarkt. Volgens de campingbaas moet er in het dorp een Edeka supermarkt zitten. Het ontbijt dat ik er haal eet ik mooi op een bankje aan de Rijn op. Je kunt hier geweldig zitten, lopen en fietsen langs de Rijn.
De temperatuur is eigenlijk zeer aangenaam en je zou niet zeggen dat het kwik in de thermometers vandaag weer gierend door de 30 graden grens heen gaat. De route volgt bijna pal langs de Rijn, soms zit de spoorlijn en de weg er nog tussen, de andere keer gaat het pal langs de rivier. In een van de dorpjes die ik passeer vraag ik even iemand naar een bakker. Het mooie van Duitse bakkers is dat je er behalve lekkere broodjes ook frisdrank en koffie kunt halen, ik bedoel kopen. Aangezien ik deze week geen broodbeleg bij me heb compenseer ik dat maar met lekker brood. De cappuccino neem ik in een beker mee en met een hand aan het stuur en in de andere hand de cappuccino lukt het mij om lopend een flinke afdaling te nemen naar een bankje langs de Rijn.
Al fietsende richting Koblenz valt het mij op dat er aan de zuidelijke hemel meer middelbare bewolking hangt. Achter mij in het noorden is het onbewolkt. Ik vermoed dat deze bewolking de scheiding vormt met de nog warmere lucht die voor de hoge temperaturen moet gaan zorgen vanmiddag. Als dat zo is dan zal de bewolking vanmiddag wel weg zijn als ik in deze bakoven terecht ga komen.
Aan de noordkant van Koblenz zit de nodige industrie en je moet oppassen met al die vrachtwagens. Voordat je het weet wordt je platgedrukt tussen een paar containers en dat zou jammer zijn met het einddoel in zicht, heb je al die kilometers voor niets gefietst. Even later krijg ik toch weer een mooi fietspad langs de Rijn tot midden in de stad. Als het fietspad stopt wordt ik over normale wegen gestuurd en voordat ik er erg in heb fiets ik de brug op welke mij aan de andere kant van de Moezel gaat brengen. Dat geeft toch wel een kick, de afgelopen zondag per fiets vertrokken uit Dieren en nu donderdag rond twaalf uur passeer ik de Moezel. Aan de overzijde naar links en een paar honderd meter verderop ligt het symbolische eindpunt van mijn tocht: Deutsches Eck, het punt waar de Moezel in de Rijn stroomt. Het fietsdoel voor 2015 is gehaald! Dit is gelijk een mooi punt voor de lunch.
De komende 3 dagen wordt hier een festival gehouden, de voorbereidingen zijn al druk bezig, maar ik moet nog wel even een goede plek vinden voor een foto. Na enig proberen heb ik de juiste compositie bepaald en vraag een voorbijganger of hij mij op de foto wil zetten. Ik begin mijn verhaal in keurig Duits, alleen wat was hijskraan nu ook al weer in het Duits. Links van het grote standbeeld van keizer Wilhelm staat een hijskraan in verband met de opbouwwerkzaamheden voor het festival. Deze verstoorder moet niet op mijn foto. De man helpt mij even en zegt in onvervalst Nederlands hijskraan als ik naar het hoge gevaarte wijs. Mooi zo een Nederlander dat maakt het wat eenvoudiger. De man maakt een mooie foto met het beeld, de Moezel, mij en de fiets. Dit is toch een beetje mijn medaille van deze fietsvijfdaagse.
Vanmiddag komt mijn oudste dochter mij ophalen met de auto in Oberwesel, dat is nog 45 km doortrappen. Ten zuiden van Koblenz ligt nog een mooi stukje Rijn langs de Loreley, wat ik op deze manier nog even kan meepakken. Mijn veronderstelling met de middelbare bewolking van vanmorgen is juist. Het is inmiddels geheel onbewolkt en de temperatuur is ongenadig aan het stijgen. Rustig doorgaan met ademhalen. Eerst maar naar Boppart, dat is zo’n 20-25 km. Onderweg wordt het alleen maar warmer, onderweg bij een stalletje langs de Rijn koop ik weer drinken. De tegenwind jaagt zonder pardon door het Rijndal en ik vraag mij af of ik niet beter een ander punt met Margré kan afspreken wat iets dichterbij ligt. Koblenz heb ik gehaald en ik ben alleen nog maar met de bonus bezig. In Boppart weer een pauze met een bezoek aan de bakker.
Later verneem ik dat officiele weerstations in de omgeving vanmiddag 36 graden meten, de Limburgse föhn van maandag was er nog kinderspel bij. Van Boppart gaat het naar St. Goar en de Lorely, een geweldig mooie route om te fietsen is het.
Soms heb ik het gevoel alsof ik in het decor van een modelspoorbaan rondfiets als ik de treinen op de beide Rijnoevers zie passeren. Op een van de locomotieven staat zelfs Marklin, mooier kan het niet. Ik had mij al voorgenomen om de fiets in St. Goar aan de wilgen te hangen. Als ik daar ben is Oberwesel nog maar 6 km, dat kan er nog wel bij. Als ik in Oberwesel Margré tref heb ik vandaag weer 85 km weggetikt bij een hoogste temperatuur van 36 graden. Deze 85 km is trouwens precies het daggemiddelde over de afgelopen 5 dagen. Uiteindelijk gaat de hele equipe achterop de auto weer terug naar Dieren.